1. Nieuws
  2. Onder de motorkap: HINQ gaat innovatieve uitdaging aan met VIPP Babyconnect

Onder de motorkap: HINQ gaat innovatieve uitdaging aan met VIPP Babyconnect

24 augustus 2023

Als een cliënt bij haar zorgverlener komt, worden de nodige gegevens opgeslagen in een zorginformatiesysteem. Verloskundigenpraktijken, ziekenhuizen, echocentra en kraamzorgorganisaties gebruiken verschillende systemen. Om integrale samenwerking in de geboortezorg te ondersteunen en regie van de zwangere te bevorderen, moeten de systemen met elkaar verbonden worden. Met het interoperabiliteitsnetwerk en een “viewer” is een integraal beeld beschikbaar. Alle relevante informatie van een zwangere wordt zichtbaar voor alle zorgverleners in het zorgnetwerk en de zwangere zelf, ongeacht het zorginformatiesysteem. Dit is een hele opgave.

HINQ gaat deze uitdaging niet uit de weg en is een ontwikkelaar van het zogenaamde integratieplatform en de viewer. Als onderdeel van de reeks ‘Onder de motorkap’ spraken wij Hans Niendieker (bestuurder van HINQ) en Tristan Garssen (CEO van Formelio, softwareleverancier van HINQ). Zij nemen ons mee in de gedachtegang van HINQ en waarom zij vinden dat VIPP Babyconnect zo belangrijk is voor de hele zorg. 

Vernieuwende infrastructuur 

HINQ is al jaren actief in de chronische pijnzorg en houdt zich daarnaast ook bezig met ontwikkelingen rondom de Persoonlijke Gezondheidsomgeving (PGO) om netwerkzorg te kunnen faciliteren. Met de komst van VIPP Babyconnect denken de heren van HINQ dat er een standaard neergezet kan worden voor gegevensuitwisseling niet alleen voor de geboortezorg, maar de gehele zorg. “Andere programma’s hebben minder toegevoegde waarde voor de zorgprofessionals. Dit komt doordat data wel gepubliceerd wordt naar de Persoonlijk Gezondheidsomgeving (PGO), maar niet opnieuw gebruikt kan worden voor samenwerking tussen zorgprofessionals onderling. Met digitale gegevensuitwisseling zoals VIPP Babyconnect uitwerkt wordt samenwerking in netwerkzorg wel mogelijk.”  

Dit is iets waar HINQ erg blij mee is; zij voorzagen de noodzaak hiervan voor de zorg. Met de methode die binnen Babyconnect gehanteerd wordt, is het makkelijker andere branches binnen de zorg met een gelijke structuur te gaan ondersteunen. De nieuwe methode vraagt om een innovatieve insteek. Vraagstukken rondom toestemming en waar de data is opgeslagen moeten worden opgelost met een vernieuwende infrastructuur.  
[red. Als je gegevens in een viewer wilt tonen moet je weten bij welke organisatie de cliënt in zorg is (dit heet lokalisatie) en ook waar de gegevens van die organisatie staan opgeslagen (dit heet adressering). Die functionaliteit wordt door het integratieplatform van HINQ geleverd. Dit platform bestaat uit verschillende componenten waaronder de het interoperabiliteitsnetwerk, de Zorg Netwerk Omgeving (ZNO) en “viewer”.]  

“Nu pas kan er gesproken worden over een groeipad voor échte interopabiliteit op alle lagen van het interoperabilliteitsmodel”, aldus Tristan. 

Lees hier meer over het interoperabiliteitsmodel: Factsheet interoperabiliteit – Babyconnect. 

Samenwerking

De prioriteit van HINQ ligt bij databeschikbaarheid. “We stellen allereerst data beschikbaar en ontwikkelen daarna verder.” En om dit tot stand te brengen, heb je alle betrokken leveranciers van zorginformatiesystemen nodig om die data beschikbaar te stellen volgens de informatiestandaarden van VIPP Babyconnect. Alle koppelingen en het integratieplatform moeten goed gecontroleerd worden, zodat het proces van de zorgverlener echt ondersteund wordt. 

Met het opzetten van zo’n vorm van netwerkzorg, krijg je met meerdere stakeholders te maken, wat het erg complex maakt. Mensen moeten voorbereid worden, het moet duidelijk zijn wat van ze gevraagd wordt en wat er tijdens het implementeren allemaal samen moet komen. “Zorgverleners moeten begrijpen wat ze zien aan de functionele kant en vanuit de technische kant moeten leveranciers zorgen voor de juiste respons vanuit het zorginformatiesysteem en eventueel converters.”  

“Het mooie aan VIPP Babyconnect is dat alle partnerschappen samen optrekken om alle processen uitgelijnd te krijgen, documenten en kennis delen, om zo’n implementatie op de juiste manier te voltrekken.” Gezamenlijk worden fouten sneller opgelost en kunnen die bij andere regionale partnerschappen in het land voorkomen worden. 

Voordelen voor de zorgverleners en de zwangere

De infrastructuur is voor HINQ een middel en niet het doel. Wat we uiteindelijk willen is dat we passende en hybride netwerkzorg voor de zwangere en de zorgverleners mogelijk kunnen maken. Dit moet bijdragen aan: 

  • Snel en makkelijk toegang tot relevante en eenduidig gestandaardiseerde data voor alle betrokken zorgverleners en de zwangere zelf. 
  • Minder meervoudige registraties en bijbehorende vermindering van registratielast, waardoor er meer tijd is voor de zorg voor (aanstaande) moeder en kind. 
  • Makkelijker integraal, en indien nodig regio overstijgend, samenwerken rond de zwangere en betrekken van alle relevante zorgverleners op het juiste moment.  
  • Meer regie van de zwangere mogelijk. 
  • Meervoudig hergebruik van de beschikbare data o.a. voor kwaliteitsdoeleinden en onderzoek. 

Groeipad

In de zorg is men gewend dat er een kant-en-klaar product staat voordat ermee gewerkt kan worden. Alleen is dat niet de realiteit van een innovatief programma als VIPP Babyconnect. Er wordt een basis gelegd voor een proces dat stap voor stap wordt uitgebreid. We werken vanuit een minimale gewenste versie (Minimum Viable Product), dat stapsgewijs wordt uitgebreid voor de eindgebruikers. Zo wordt de functionele waarde steeds verder verhoogd en krijgt de eindgebruiker steeds meer data te zien. “Er moet een gevoel van snelle innovatie ontstaan, waarbij snelle aanpassingen voor de zorgverleners zichtbaar worden. Hiervoor zijn afspraken en inzet van de leveranciers nodig, zodat de viewer voldoet aan de verwachtingen van de eindgebruikers.”  

De heren van HINQ delen een grote ambitie: de digitale infrastructuur die VIPP Babyconnect gebruikt in de geboortezorg zodanig waarde geven, dat deze bruikbaar is in de praktijk van netwerkzorg en oplossingen biedt voor de continuïteit en kwaliteit van de geboortezorg. En dit vervolgens opschalen voor de gehele zorg in Nederland.